De vormgever die een paar jaar geleden jouw huisstijl ontworpen heeft, is boos en niet zo’n klein beetje ook. En jij, als argeloze voormalige klant, snapt daar he-le-maal niks van. Waarom doet ie nou zo moeilijk over de aanpassingen die jij doorgevoerd hebt?!
Mag je een huisstijl ‘zomaar’ veranderen?
Het ligt eraan wat je afgesproken hebt, áls er al iets afgesproken is. Of als je de moeite hebt genomen om de algemene voorwaarden van de ontwerper of het bureau te lezen. Daar kan iets in staan over of er überhaupt iets aangepast mag worden en zo ja, door wie.
Het communicatiebureau waar ik van 1998 t/m 2012 gewerkt heb, had in haar voorwaarden staan dat ontwerpen volledig eigendom van de klant werden zodra de facturen betaald waren. Maar oh, oh, wat kon je je verbijten. Waarover? Neem bijvoorbeeld een website.
Er zat vaak veel tijd tussen het eerste gesprek en het online gaan. Dus áls eindelijk dat online daglicht aanbrak en de site vervolgens onder onze machteloze ogen ‘verbeterd’ werd… dan vond je het toch wat minder dat er “webdesign door …” onderaan iedere pagina stond.
Het is een welbekende ergernis van ontwerpers
Het ontbrekende oog en gevoel voor design bij opdrachtgevers. De meeste klanten zíen simpelweg niet hoe een logo typografisch uit balans raakt door het toevoegen van woorden in een standaard lettertype – aan een logo waarvan de letters uniek ontworpen zijn.
Om maar één aspect van een huisstijl te noemen. Want dan hebben we het nog niet eens over kleurstelling, uitlijning, passend beeldmateriaal, uniform gebruik van stijlelementen, de weergave van hyperlinks, overal dezelfde schrijfstijl… De lijst is bijkans eindeloos.
Als online tekstschrijver herken ik dit type ergernis wel. Denk aan klanten die zelf aan teksten gaan sleutelen omdat er iets veranderd is in hun business of aan hun insteek. Logisch en terecht, dat je dan aanpassingen doorvoert, maar als dat de leesbaarheid en optimalisatie flink aantast…
Vormgevers hebben wel iets van kunstenaars
Hun ontwerpen zijn hun kindjes. Ze hebben goed nagedacht over en veel tijd besteed aan de verwekking. Vervolgens zegt de klant na de presentatie: “Huisstijl 1 vind ik het mooist, maar dan wel graag met die streep van het 2e ontwerp erin en dat leuke balletje van het 3e voorstel.”
Ineens begrijp je de stoom die uit vormgeversoren komt. Vooral omdat ze zoiets niet wel eens, maar -tig keer per maand horen. Slagroom en ovenschotels kun je allebei lekker vinden, maar ze worden echt niet lekkerder door ze bij elkaar op te dienen én op te eten.
Stijlelementen staan in een bepaalde verhouding tot elkaar
Waarschijnlijk vind je niet al die elementen even mooi. Maar haal er één of meerdere uit of gooi er iets in van een ander ontwerp en ineens verdwijnt er iets wat het gehéél juist zo mooi maakte en een professionele uitstraling gaf. Hoe kan dat nou?!
Een vormgever snapt hoe zoiets kan. Dat adequaat en voor de klant relevant uitleggen is iets anders. Er zijn uitgebalanceerde ontwerpen gemaakt. Die kun je niet zomaar mix & match’en. Dan snap je er echt geen snars van. Lekker communiceren zo…
We zitten letterlijk samen in figuurlijk verschillende universums
Je spreekt letterlijk dezelfde taal, maar praat onbegrijpelijk langs elkaar heen vanuit verschillende referentiekaders. Waarbij een vormgever te ver door kan slaan naar het belang van de vorm. Vorm is echter de underdog. Altijd.
Zij staat in dienst van de boodschap die overgebracht moet worden en wat de klant wil uitstralen. Op een manier die helemaal past bij de mensen waar dat bedrijf het liefst voor werkt. Als vorm (onbewust) leidend is voor jou, dan sta je daar niet of te weinig bij stil.
De oplossing ligt in dóórvragen
Waar we ook werken, wat we ook doen of leveren, allemaal mogen we vaker dóórvragen en zaken specifieker benoemen en opschrijven (en soms ook vastleggen). Ik denk dat je dit en dat wilt of bedoelt, klopt dat? Want je eigen vakgebied koker vernauwt onvermijdelijk je blik.
We begrijpen minder van elkaar dan we denken. En van onszelf, omdat we onze eigen (voor)oordelen slecht doorzien. We ‘begrijpen’ de ander vanuit ons eigen referentiekader. Dat is geen écht begrip. Waar je in een later (of te laat) stadium pijnlijk achter kunt komen.
.
deze november 2014 blog heb ik aangepast en opnieuw gepubliceerd op 6 maart 2021
.
Kitty Kilian zegt
Vorm is echte de underdog. Altijd?
Nee man. Tekst.
Tekst is de underdog. Altijd.
Sonja van Vuren zegt
Tekst is ook vorm. De topdog is de boodschap. Altijd. Vorm in de vorm van stijlelementen, lay-out, manier van schrijven en dergelijke, zijn daar ondergeschikt aan. Zij hebben een ondersteunende en niet leidende functie.
Charlotte zegt
Ik wilde zeggen dat ik het volledig met je eens ben. Maar ik denk dat je dat al wist. Klopt dat? 😉
De creatieve hoek is inderdaad het mooiste en duidelijkste voorbeeld. Juist omdat je daar ook minder met tekst weer recht kunt trekken. Je kunt niet alles goed uitleggen. Je moet het soms gewoon eerst zien.
Maar in de zakelijke communicatie gaat het ook vaak fout. Werden er facturen niet betaald. Bleek dat ze een VAR wilden zien. Nooit om gevraagd en ook niet overeengekomen. Ik had er ook nooit aan gedacht. Ik heb een VAR voor mijn fotografiewerk, maar het is zeer ongebruikelijk om aan een jurist een VAR te vragen. Maar dit waren mediabedrijven, die vooral met schrijvers, ontwerpers en fotografen werken. ‘In onze branche is het heel gebruikelijk.’ Daarom was het ook niet eerder ter sprake gekomen en hadden ze er ook niet naar gevraagd. Tsja.
Sonja van Vuren zegt
Ja, dat is het ‘m he. Je bent zo gewend aan wat er in jouw ‘eigen universum’ geldt, dat je er niet meer bij stilstaat. Het simpelweg niet meer ziet. Totdat een ander zich er niet aan houdt.
Zelf heb ik ervaren dat het opbouwen van een checklist op basis van praktijkervaring behoorlijk goed werkt. Al hoor je dan soms ‘ja, hè hè, dat is toch logisch’, vaker zitten er dingen tussen waar nog niet aan gedacht is of waar eenieder zich iets anders bij voorstelt.
En inderdaad, zéker in de creatieve sector moet je soms eerst iets zien – wordt het juist daarmee ‘verwoord’. Maar dan moet je ook wel weten wát je ziet en dan kan het enorm helpen als de creatief de keuzes vanuit de belevingswereld van de klant en diens klanten kan uitleggen.
Dan ga je echt anders kijken en (daardoor) denken. Zowel de creatief, als die met het design bezig is (waardoor diegene tijdens het ontwerpproces misschien aanvullende, relevante vragen stelt), als de klant, wanneer die het gepresenteerd krijgt met een doortimmerd verhaal.
Pauline zegt
Wat ik zo knap vind van goede vormgeving, is dat het achteraf zo eenvoudig lijkt. Een vriendin van mij is grafisch vormgeefster en stoom kwam inderdaad weleens uit haar oren als er weer onderdelen van logo’s met elkaar gemixt moesten worden.
Achter elk ontwerp zit een hele wereld. Als de klant en ontwerper elkaar verstaan, dan hoef je als klant geen aanpassinkjes te doen. Dan klopt het ontwerp dat je krijgt gewoon.
Sonja van Vuren zegt
Inderdaad. Nou is het wel zo dat jij en je bedrijf zich in de loop der tijd op een dusdanige manier verder kunnen ontwikkelen, dat het ontwerp niet helemaal meer klopt of past. Maar dan kun je dat het beste voorleggen aan de ontwerper, mits, zoals je schrijft, je elkaar goed verstaat.